Heldere planeten in januari
In Januari zijn er weer wat planeten te zien.
Ontdek wat er allemaal te zien is aan de hemel deze maand.
De zichtbare planeten
Mercurius is in de eerste helft van januari te zien aan de zuidoostelijke ochtendhemel.
Venus is al vroeg zichtbaar aan de zuidwestelijke avondhemel. De heldere avondster gaat bijna vier uur na de zon onder.
Mars komt deze maand in oppositie met de zon en is heel de nacht zichtbaar in de Kreeft (Cancer).
Ook de heldere Jupiter is een groot deel van de nacht zichtbaar in de Stier (Taurus).
Saturnus vinden we 's avonds in het westen in de Waterman (Aquarius).
De maan en planeten als wegwijzer:
Donderdagavond 2 januari vanaf 18h30 zien we een mooie samenstand aan de zuidwestelijke hemel met de smalle maansikkel, Venus en Saturnus.
Ook op vrijdagavond 3 januari zien we dit drietal in het zuidwesten, om 19h30 staat Venus slechts 1,5 graden boven de smalle maansikkel.
De meteorenzwerm van de Boötiden heeft een kort maximum overdag op vrijdag 3 januari. De nacht ervoor en erna kunnen we een tiental vallende sterren per uur verwachten.
Zaterdag 4 januari tussen 18h26 en 19h34 wordt Saturnus door de maan bedekt. De planeet verdwijnt aan de donkere rand van de maan. Iets meer dan een uur later komt hij aan de verlichte zijde weer tevoorschijn. Dit is te zien met het blote oog, maar met een verrekijker zal het beter gaan. De maan is voor 25% verlicht, wellicht is het asgrauw schijnsel zichtbaar.
Woensdag 7 januari rond 20 vinden we de maan (in Eerste Kwartier) in het zuidzuidwesten. Links ervan staat de heldere Jupiter en rechts van de maan staan Saturnus en Venus. Onze Avondster staat dan al vrij dicht bij de horizon (de planeet gaat onder om 21h11).
In de nacht van 9 op 10 januari rond middernacht vinden we de maan en Jupiter in het sterrenbeeld Stier (Taurus). Om 03h trekt de maan door de Plejaden. Meer naar het oosten (links) staat de rode ster Aldebaran (vroeger beschouwd als het rode oog van de Stier). De volgende nacht is de maan al doorgeschoven tot boven Jupiter, om 03h staan ze 5 graden uit elkaar. Om 05h staat Jupiter tussen de maan en Aldebaran (de ster gaat een half uur later onder).
Zondag 12 januari om 02h29 staat Mars het dichts bij de aarde (op 96 miljoen km), zijn schijnbare diameter is nu maximaal (14.61 boogminuten).
In de nacht van maandag 13 op dinsdag 14 januari staan de Volle Maan en Mars in de Tweelingen, in het verlengde van de sterren Castor en Pollux. Om 5h staat Mars op slechts 14 boogminuten van de maanrand.
Dinsdag 14 januari om 22h passeert de maan op 2 graden (viermaal de schijnbare maandiameter) ten noorden van de open sterrenhoop Praesepe (M44) in de Kreeft (Cancer). Een verrekijker kan nuttig zijn om de sterren van deze groep te zien tegen het felle maanlicht.
Donderdagavond 16 januari staat de maan in de Leeuw (Leo), vlak bij Regulus, de helderste ster van dit sterrenbeeld.
Zaterdagavond 18 januari en zondagavond 19 januari rond 19h30 is er een mooie samenstand van Venus met Saturnus.
In de nacht van maandag 20 op dinsdag 21 januari staat de maan (in Laatste Kwartier) in de Maagd (Virgo) vlakbij Spica, de helderste ster van dit sterrenbeeld. Rond 5h staan beide slechts een halve graad van elkaar.
Dinsdag 21 januari om 18h komt Mars in conjunctie (samenstand) met Pollux (Tweelingen).
Zaterdagochtend 25 januari om 7h staat de maan in de Schorpioen (Scorpius). De maansikkel staat linksonder de oranjerode ster Antares.
Enkele sterrenbeelden in de kijker:
Orion, de jager
Het meest opvallende sterrenbeeld dat aan de winterhemel prijkt is ongetwijfeld Orion. Het centrale deel van deze constellatie is gemakkelijk terug te vinden.
Drie even heldere sterren liggen netjes op een rij en we kunnen ze in het begin van de maand terugvinden in het zuiden rond 23h, ongeveer halfweg de horizon en het zenit (= het punt recht boven je hoofd).
Net ten zuiden (onder) die drie sterren, merken we een wazig vlekje op. Dit is de zogenaamde Orionnevel, een enorme wolk van stof en gas. Binnen deze wolk worden op dit moment nog nieuwe sterren geboren die verantwoordelijk zijn voor het oplichten van het omringende stof.
Het hondje tussen de sterren
Halverwege de maand januari, iets na middernacht, schuift het sterrenbeeld Canis Minor (Kleine Hond) door het zuiden. De helderste ster van deze constellatie bevindt zich dan halverwege de horizon en het zenit (= het punt recht boven je hoofd).
Op een afstand van zowat 11 lichtjaren behoort Procyon in de top vijf van de meest nabije sterren. Door zijn nabijheid lijkt de ster, vanaf de aarde gezien, in de loop van het jaar iets heen en weer te schuiven ten opzichte van de hemelachtergrond.
Men noemt dit de parallax en dit is een behoorlijk nauwkeurige manier om afstanden in de ruimte te meten. Deze methode kan enkel toegepast worden bij de meest nabije sterren.